Dochter van Stephanus Marinus van Eijk en Gerritje van Roekel, geboren 18-8-1898 Renkum [169], overleden 19-6-1953 Heerlen [358]Trouwt 24-8-1922 Heerlen [207] Hendrikus Johannes Jacobus (Driekus) van Kuijk, mijnwerker, mijnwerker, zoon van Adrianus van Kuijk en Antonetta Hooremans, geboren 30-1-1900 Utrecht [261]
Trouwt Coen Agelink
Kind van Anna:
Kinderen van Anna en Hendrikus:
Bronnen:
In 1914 breekt de eerste wereldoorlog uit. De oorlogsmachine jaagt, vooral aan het Westfront - in Frankrijk - veel jonge mannen aan beide zijden van de frontlijn de dood in. Net als in Groot-Brittanië ontstaat ook in Duitsland een tekort aan arbeidskrachten in de voornamelijk voor de oorlogsindustrie draaiende fabrieken. Hierdoor worden nu vrouwen ingezet op plaatsen die voorheen door mamen zijn ingenomen. Anna wordt samen met haar zus Joan tewerkgesteld in een munitiefabriek van de Firma Krupp. Daar krijgt iedere werknemer een soort matrozenpak aan. ln november 1918 wordt de wapenstilstand gesloten en is de eerste wereldoorlog ten einde. In september l9l9 krijgt Anna in Oberhausen een buitenechtelijk kind, Heinz Peter (van Eijk). De vader, een Pool, laat haar ermee zitten. Anna gaat met haar ouders terug naar Nederland. Zij gaan in Heerlen wonen in het Beersdal. Niet lang daarna krijgt zij kennis aan de op 30 januari 1900 te Utrecht geboren Driekus van Kuijk. Driekus is mijnwerker van zijn vak. Zijn ouders worden resp op 16 oktober 1856 en 10 maart 1861 in Utrecht geboren.
Bij hun huwelijk, dat op 22 augustus 1922 wordt gesloten, wordt Heinz Peter (Hennes) erkend.
Hennes gaat vanaf dat moment Van Kuijk heten.
Het gezin gaat wonen in een mijnwerkerswoning in Meezenbroek te Heerlen.
Driekus van Kuijk is ondergronds als schiethouwer werkzaam in de Oranje-Nassaumijn I.
Zijn laatste nummer is 357.
Zijn zoon Piet, die samen met hem werkt, heeft nummer 413.
Anna schenkt Driekus vijf kinderen zodat het totaal op 6 stuks komt.
Zij noet dan meehelpen om geld te verdienen om al die monden te voeden.
Dat doet Anna door het schoonhouden van de Neutrale Volksschool bij haar in de buurt.
Van Kinderbijslag weet men in Nederland nog niet.
Bovendien houdt Anna erg veel van dieren en dus heeft zij thuis dan ook kippen, schapen
en varkens te verzorgen.
Anna vindt ze om op te vreten.
Dat wordt dan ook gedaan.
(Veel mijnwerkers hebben zelf een stukje land of een klein tuintje achter hun huis.
In dat tuintje worden aardappelen en groente verbouwd.
Ondergronds wordt meestal eigen gebakken brood gegeten.
Dit keiharde bruinbrood is veelal belegd met ham van het eigen geslachte varken).
Anna's oudste dochter, Netta van Kuijk, Trouwt met ene Hendrik Hidding. De dochter uit dit huwelijk, Anneke, wordt bij haar oma ondergebracht wanneer haar moeder, Netta, na een galsteen-operatie overlijdt. De vader staat het kind af omdat hij het zelf niet meer verzorgen kan. Als hij herTrouwt is Anneke 5 jaar oud en beschouwt Anna als haar moeder. Wanneer de vader zijn kind zonder meer komt ophalen is dat een zware klap voor Anna. Niet lang daarna, omstreeks 1950, krijgt zij een hersenbloeding en raakt daardoor gedurende de laatste drie jaar van haar leven verlamd. Een halfzus van Anna, Mina Barendsen, Trouwt een joodse zakenman genaamd Hartog. Tijdens de tweede wereldoorlog is de dochter hiervan bij Anna ondergebracht. Het gezin overleeft de oorlog en zal later naar Canada emigreren.